Watervergunning mestverwerker Houbraken ter discussie
januari 17, 2018
Watervergunning mestverwerker Houbraken ter discussie
Gisteren diende bij de rechtbank in Den Bosch het beroep van de Brabantse Milieufederatie (BMF) tegen de watervergunning voor mestverwerker Houbraken in Bergeijk. Het bedrijf wil zijn capaciteit uitbreiden van 25 naar 200 ton mest per jaar, maar de BMF betwijfelt of de watervergunning daarvoor wel had mogen worden verleend. Waterschap De Dommel beschouwt de mestverwerker daarentegen als een noodzakelijke ‘waterfabriek’. Uitspraak over zes weken.
De BMF vreest dat het water dat Houbraken wil gaan lozen te voedselrijk is voor de instandhouding van de beekprik en andere kwetsbare soorten in de beekloop. Bovendien stelt de BMF dat in de watervergunning onvoldoende is gewaarborgd dat calamiteiten bij de lozing tijdig ontdekt en voorkomen kunnen worden. Dit naar aanleiding van eerdere incidenten rond lozingen bij mestverwerkers die leidden tot vissterfte en andere schade. Tot slot is volgens de BMF onvoldoende duidelijk of er bij de lozing geen bacteriën of andere ziektekiemen kunnen vrijkomen.
Het waterschap stelt dat zij zowel over het zuiveringsproces als over monitoring en veiligheidsmaatregelen goede afspraken heeft gemaakt met het bedrijf. De BMF verbaast zich echter over het feit dat het waterschap een aanzienlijk deel van deze afspraken helemaal niet heeft vastgelegd in de verleende vergunning.
Het meest saillante is echter nog dat het waterschap de mestverwerker in de zitting actief promootte als ‘waterfabriek’, noodzakelijk voor het leveren van voldoende water in de Keunensloop. De mestverwerker blijkt opeens een oplossing voor droogvallende beken en watergangen in het Dommelgebied. De BMF vindt dat het waterschap hier wel een zeer opmerkelijke positie inneemt in het politiek gevoelige debat rondom mestverwerking. Het is in dit specifieke geval des te vreemder, omdat er tegen hetzelfde bedrijf een handhavingsactie vanuit de provincie loopt wegens illegale bedrijfsactiviteiten. Het bedrijf is in 2016 op last van de rechter gedwongen zijn productie terug te brengen tot de vergunde hoeveelheid. Het bedrijf verwerkte op dat moment maar liefst vijf keer meer mest dan was toegestaan.
De rechtbank doet uitspraak over zes weken. Dan wordt duidelijk of de watervergunning in stand blijft of dat de rechtbank hem vernietigt.
Tags: