ActueelJan van der Straaten: De logische keuze voor economie én natuur
september 14, 2022
Publicist Jan van der Straaten: 50 jaar in de bres voor de natuur
De logische keuze voor economie én natuur
Jan van der Straaten stond met zijn boeken en publicaties mede aan de basis van de BMF. Het allereerste boek dat de BMF uitbracht was van de hand van toenmalig directeur Peter von Meijenfeldt én Jan van der Straaten. Dat boek – Beken in Brabant – heeft onmiskenbaar veel bijgedragen aan het behoud en herstel van de natuur langs de Brabantse beken. Daarnaast is hij nog voorzitter van de stichting Saxifraga, een Europees netwerk van natuurfotografen. Jan zijn wil om voor de natuur in de bres te springen is al een halve eeuw onverminderd krachtig.
Een stukje buitengebied van Baarle-Nassau, dicht tegen Vlaams grondgebied: het Raaijkens Schoor. Jan van der Straaten kent het als zijn broekzak. Een lieflijk stroompje – het Merkske – kabbelt er door het weelderig groen.
“Ook deze beek, die voor een stuk de landsgrens vormt, stond op de nominatie om ten behoeve van de landbouw rechtgetrokken te worden. Godzijdank liep het bestuurlijk overleg tussen Vlaanderen, Brussel en Den Haag helemaal vast. Zo bleef de beek in zijn eeuwenoude staat en werd dit beekdal met zijn rijke ecologie een van de schaarse voorbeelden van hoe het zou moeten met natuurbehoud. In de jaren zestig en zeventig verdwenen zoveel prachtige beekdalen en daarmee dramatisch veel natuur. Dat was de directe aanleiding voor het schrijven van ‘Beken in Brabant’, samen met de BMF. Vanuit de gedachte: we móeten dit beschermen voor alles naar de filistijnen is”, aldus Jan.
Groene publicist én econoom
Ook nu nog kan hij fel worden om het toen aangerichte natuurleed. “Het was echt bizar in die jaren! Natuurbeschermers hadden geen poot om op te staan. Gelukkig is dat wel voor een stuk veranderd.” Van huis uit is hij opgeleid als algemeen econoom. Als ‘groene publicist’ heeft hij honderden essays op zijn naam staan in tientallen magazines en ook schreef hij vele boeken over natuurbeheer en -behoud. Als milieu-econoom aan de Tilburgse universiteit gaf hij cursussen door heel Europa. Maar, economie en natuurbescherming: staan die belangen niet haaks op elkaar eigenlijk? “Nee, die combinatie is juist heel logisch”, klinkt het stellig.
Wie betaalt de milieuschade?
“Ik zeg als econoom: neem alle kosten mee in het product. Oók die van eventuele milieuschade. Die heeft óók economische impact. Er wordt nog vooral naar de korte termijn gekeken. Maar wat doet een bepaalde manier van produceren economisch voor de lánge termijn? Daar zijn inmiddels wel lessen uit getrokken. In de jaren zestig was er geen wet op het verontreinigen van oppervlaktewater bijvoorbeeld. De Rijn was in die tijd het riool van Europa. Na een vergiftiging van de rivier met sterk vervuild bluswater in 1986 was er geen waterinlaat meer mogelijk vanaf Basel! Zo ging het vaker in die tijd en de overheden – en dus uiteindelijk de burgers – draaiden op voor de schade die door de bedrijven werd veroorzaakt. Daarin is door wetgeving gelukkig veel veranderd, maar dat zouden we nog breder moeten toepassen.”
De waterstand moet omhoog
Hij vervolgt: “Ook in Brabant zien we grote milieuproblemen, bijvoorbeeld door de intensieve veehouderij. Behalve stikstof is ook verdroging een enorm probleem aan het worden. We moeten de waterstand verhogen en misschien moeten we de boeren dan compenseren voor minder opbrengst of hogere kosten. De boeren treft hier eigenlijk geen schuld, het ligt aan het kromme marktsysteem en de politieke onwil om dat te veranderen. We kunnen wél actie van politieke partijen en bestuurders eisen. Zij moeten zorgen voor een ander verdienmodel, dat boeren de kost laat verdienen én natuur- en gezondheidsschade uitsluit. Daar is politieke moed voor nodig en een lange termijnvisie. Dat zal zeker energie kosten en stevige gesprekken zijn nodig, bijvoorbeeld bij de waterschappen in Brabant, want daarin is de agrosector opvallend goed vertegenwoordigd. Maar dat we nu kunnen stellen dat de vrije markt niet alles vanzelf oplost, lijkt me onderhand wel duidelijk.”
Beeld is essentieel
Inmiddels haalt Jan ook veel voldoening uit ‘zijn’ stichting Saxifraga, een Europees netwerk van fotografen, dat beeldmateriaal beschikbaar stelt voor natuurbelangenverenigingen. “Dat werkt fantastisch”, aldus Jan. “Onze beeld-databank bevat inmiddels honderdduizenden natuurfoto’s. Goed beeld is enorm belangrijk als ondersteuning voor brochures en tijdschriften over natuurbeheer en -bescherming. Je kan het zo gek niet bedenken, of Saxifraga heeft het beschikbaar. Een bepaald reptiel op Kreta, of een zeldzaam mos uit de Vogezen nodig? Hebben we!”
Vuist maken
“We hebben al veel bereikt in Brabant met de BMF”, stelt Jan. “Misschien zijn de milieufederaties wel de enige natuurclubs die nog echt een vuist maken voor de natuur, die immers haar eigen belang niet kan verdedigen. Ik zie – ook landelijk – toch te veel natuur- en milieuverenigingen die zich steeds meer bezighouden met randzaken: ‘Verkeer’, ‘Bewegen’, ‘Lifestyle’… Maar stevig stelling nemen tegen de teloorgang van onze biodiversiteit doen ze amper meer. Het is vooral aan de milieufederaties en een aantal landelijke kranten te danken dat het onderwerp nu zo leeft. Je hebt als natuurbelangenclub ook de plicht om je hard te maken voor natuurbescherming. Je bent toch niet opgericht als een soort ‘groene ANWB’?”, zo vraagt hij zich af.
De jeugd & de toekomst
De wijsheid komt met de jaren, maar de gedrevenheid van de jeugd is net zo hard nodig, weet hij. “Je ziet gelukkig toch veel jongeren die zich ermee bezighouden, ook omdat ze zich zorgen maken om hun toekomst natuurlijk. Ik heb veel respect voor een jonge activiste als Greta Thunberg. Een schande dat zo’n meisje het voortouw moet nemen en dan nog bakken met hoon en haat over zich heen krijgt! Gelukkig bereiken zij en andere jongeren toch veel mensen met hun boodschap.”
Heeft hij misschien nog een advies voor die jongeren? Hij peinst even en besluit: “Het heeft altijd zin om je in te zetten voor de natuur, dat kan ik uit ervaring meegeven. Een jaar of vijftien geleden was het Klimaatakkoord van Parijs nog ondenkbaar. De Rijn was nog nooit zo schoon als nu en op een zomerse dag kunnen de kolencentrales dicht, omdat we dan voldoende stroom dankzij zonnepanelen hebben. Hoe bereik je dat? ‘Frappez toujours ’, doorgaan! Het gaat niet altijd zonder slag of stoot, ook vroeger al niet, maar het vrouwenkiesrecht is er toch uiteindelijk ook gekomen?”
*Deze interviews zijn een initiatief van de Brabantse Milieufederatie, maar geven niet noodzakelijk het standpunt van de Brabantse Milieufederatie weer.
De Brabantse Milieufederatie bestaat 50 jaar. En dat succes is niet slechts iets van ons, maar is het succes van alle groene vrijwilligers die zich inzetten voor natuur, milieu en klimaat in Brabant.
Sinds 1972 samen sterk voor een mooi en duurzaam Brabant!